Het broeit onder het glanzende oppervlak van onze welvaart. De elite trekt zich terug in een bubbel en ontkent maatschappelijke problemen, betoogt Frits Bosch, macro-econoom, socioloog en auteur.Frits Bosch20 augustus 2018, 9:15
We
maken ons zorgen over de multiculturele samenleving, integratie,
globalisering en (het gebrek aan) solidariteit. Ik heb me afgevraagd wat
de gevoelens hierover zijn bij de Nederlandse elite; mensen die zaken
naar hun hand kunnen zetten in de netwerk-, informatie- en
dienstenmaatschappij.
Vroeger had ‘elite’ een gunstige betekenis,
nu minder. Ik hecht geen waardeoordeel aan deze term. Om inzicht te
krijgen in hun gedachtewereld heb ik gesproken met mensen van
serviceclubs, de pers, de financiële wereld, het midden- en kleinbedrijf
en wetenschappers. Daarnaast sprak ik met ‘de gewone man’ en met
allochtonen.
Voelt de Nederlandse elite onbehagen over de ontwikkeling van onze samenleving en zo ja, waar richt dit zich op?
Na alle gesprekken constateer ik dat er enige onvrede bestaat, maar
zonder urgentie, of het nu klimaatopwarming, globalisering, de Europese
Unie, de islam of de cohesie van de samenleving betreft.
Tot mijn
verbazing kreeg ik geregeld te horen: ‘Je bent te pessimistisch’, ‘We
hebben de plicht om optimistisch te zijn’ en ‘Ik wil niet uit deze mooie
droom gewekt worden’. Ook gehoord: ‘Ik heb een tweede huis en een
nieuwe suv gekocht. Ik richt me op mijn loopbaan, geld verdienen en
mijn privéleven.’
Pensionado’s zijn vooral bezig met clubjes, kleinkinderen, vrinden, gezond blijven, golfen en ‘het zal mijn tijd wel duren’.
Men
is vriendelijk, hardwerkend, relatief rijk, tolerant, hulpvaardig,
schuldbewust, empathisch en kosmopolitisch, levend in de eigen bubbel.
Ik zag zelfingenomenheid (‘Ik ga geweldig’) en berusting (‘We kunnen er
toch niets aan doen’).
Minder vertrouwen in elkaar
De
‘gewone man’ voelt het onbehagen dat de elite ontbeert. En er is volop
reden tot onbehagen. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid
(WRR) meldde in mei in het rapport De nieuwe verscheidenheid: toenemende
diversiteit naar herkomst in Nederland dat de sociale cohesie is
aangetast door de diversiteit.
Burgemeesters weten weinig van de
veranderende samenstelling in hun gemeente. Groepen hebben minder
vertrouwen in elkaar, beoordelen het contact minder positief en zijn
negatiever over de leefomgeving.
Meer diversiteit betekent meer
criminaliteit. De economische groei in Noord- en Zuid-Holland loopt
terug door immigratie. Op plaatsen waar veel verschillende etnische
groepen wonen, raken inwoners vervreemd van elkaar en trekken ze zich
terug in de privésfeer.
Het toenemen van diversiteit is voor
allen nadelig, aldus de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid
(WRR). Kortzichtig overheidsbeleid, vooral gericht op de belangen van
het bedrijfsleven, heeft het belang van alle groepen geschaad. De WRR
laat alle alarmbellen rinkelen, maar berust. We moeten ermee dealen.
Geen
wonder dat het vertrouwen in de politiek afneemt. Het rapport van het
Sociaal en Cultureel Planbureau, De religieuze beleving van moslims in
Nederland, constateerde in juni dat moslims religieuzer worden, conform
de wereldwijde trend. Onze samenleving wordt tribaler, ondanks al onze
pogingen dit tegen te gaan.
We mogen de verantwoordelijke
regeringsleiders van de afgelopen periode op dit echec aanspreken. We
leven niet met elkaar, maar naast elkaar in 233 bubbels. We hebben ons
voortdurend met ‘zij’ beziggehouden en ‘wij’ verwaarloosd. Wat bindt ons
eigenlijk nog?
Culturele houvast
Zijn ‘wij’
nog een volk met onderlinge saamhorigheid en solidariteit? Vormen wij
nog een hechte groep die zich door een gemeenschappelijke taal, cultuur,
politieke geschiedenis en door westerse waarden met een
wordingsgeschiedenis van eeuwen, verbonden voelt en een natie vormt?
Hebben we nog een cultuur waarbij we ons vertrouwd voelen en die ons
houvast geeft?
Na de Tweede Wereldoorlog zijn we druk geweest
met het opbouwen van de verzorgingsstaat. Nu er bewijs is dat we
maatschappelijk versneld op de weg terug zijn, berust men.
De
ontkenning doet zich ook voor bij politici, bedrijfsleven,
universiteiten en media. Men wil de realiteit niet zien en
verdedigingsmechanismen treden in werking. Men weet niets van de islam.
Men is onwetend, naïef en oppervlakkig. Allen zeggen in koor:
‘Diversiteit maakt Nederland een geweldige plek’, terwijl uit empirisch
wetenschappelijk onderzoek blijkt dat het toch anders is.
We
hebben een groot maatschappelijk probleem en de elite maakt daar deel
van uit door het te ontkennen. Het gaat geweldig goed met Nederland,
althans in economische zin. Maar: ‘It’s not the economy, stupid!’