Op 7 mei 1945 vond er rond 15:00 uur op de Dam in Amsterdam een schietpartij plaats tussen matrozen van de Duitse Kriegsmarine, wier schip in een Amsterdams dok lag, en de Binnenlandse Strijdkrachten (BS), waarbij veel burgerslachtoffers zijn gevallen. De zaak is echter meteen daarna in de doofpot gestopt. De reden: het legertje van de Prins was in het geding. Hier de feiten:
Op 4 mei 1945 kreeg Bernhard in Beekbergen, namens generaal Montgomery, van de Canadese generaal Foulkes strikte orders dat zijn BS geen wapens mocht dragen (zie Bernhards instructie aan de BS d.d. 6 mei 1945 onderaan dit artikel). Tevens mochten alléén de Canadezen de Duitse troepen ontwapenen. Ondanks dat de Amsterdamse BS onder leiding van Carel Frederik Overhoff hiervan meteen op de hoogte was gesteld, heeft men zich niets van deze instructie aangetrokken en ging de BS toch gewapend de straat op. Terwijl de Dam volstroomde met feestgangers om de komst van de Canadezen te vieren begonnen met stengun gewapende BS’ers Duitse soldaten te provoceren en hardhandig aan te houden en te ontwapenen. Over dat provoceren heeft de destijds 12-jarige Aart Bitter, die erbij stond, later tegenover ondergetekende verklaard dat een aantal jonge BS’ers, die indruk wilde maken op de meisjes, ‘voor de lol’ met hun stenguns geregeld op de Duitse matrozen op het balkon van de Grote Club (hoek Kalverstraat/Paleisstraat) hadden gericht. Toen er later ook nog eens een Duitse soldaat werd neergeschoten, die had geweigerd zijn wapen af te geven, brak er een vuurgevecht uit tussen de Duitsers en de BS. Achteraf is gebleken dat na het eerste schot van de BS door een tweetal andere BS’ers – die achter een draaiorgel stonden – direct in de richting van de Duitse matrozen op het balkon van de Grote Club werd geschoten. Dit werd ook nog eens bevestigd in een schriftelijke ooggetuigenverklaring van een Amsterdammer aan de rijksgeschiedschrijver Loe de Jong in 1968. Letterlijk schreef deze getuige: “De BS’ers achter het draaiorgel schoten naar het balkon, schuin boven hun hoofden. Het duurde niet lang of de partijen waren met elkaar in gevecht”. Vanaf de hoek Nieuwendijk-Dam en Rokin-Dam werd nu door de BS met stenguns op de Grote Club geschoten, waarop de Duitsers een machinegeweer in stelling brachten en hiermee terugschoten. In paniek vluchtte de menigte alle kanten op. Door rondvliegende kogels en mensen die onder de voet werden gelopen vielen er onder de feestvierders veel slachtoffers. Overigens wordt er nog steeds beweerd dat de Duitsers bewust op de feestvierders zouden hebben geschoten, maar dat is niet aannemelijk. Zoals gezegd, schoten ze ook met een machinegeweer op de BS. Dat was een MG34 die 800 à 900 schoten per minuut kon afgeven. Indien ze werkelijk bewust op de burgers zouden hebben geschoten dan waren er honderden in plaats van tientallen doden te betreuren geweest. Overigens heeft nooit iemand terecht gestaan omdat men van oordeel was dat het hele incident te wijten was aan een ‘misverstand’ tussen de BS en de Kriegsmarine. Maar indien de BS zich strikt aan de instructies zou hebben gehouden door geen wapens te dragen en de overgave en ontwapening van de Duitse militairen aan de Canadezen hebben overgelaten (en zeker geen Duitse soldaat neer te schieten) dan zou veel leed bespaard zijn gebleven. Nadat de Canadezen op 8 mei 1945 Amsterdam waren binnengetrokken gaven de Duitsers in de Grote Club zich, zoals was afgesproken, de volgende morgen om 07:00 uur met hun wapens aan hen over. Na te zijn afgevoerd in krijgsgevangenschap mochten ze later naar hun Heimat terugkeren. De Canadezen waren echter helemaal niet te spreken over het ‘misverstand’ op 7 mei. BS-commandant Overhoff werd te verstaan gegeven dat als men zag dat zijn mannen nogmaals gewapend over straat liepen er meteen op hen geschoten zou worden. In ieder geval is de oorzaak van de schietpartij spoedig daarna in de doofpot gestopt, niemand van de strijdende partijen ooit gestraft en zijn de nabestaanden van de slachtoffers door de overheid schandalig behandeld.
Hieronder de instructie van Bernhard aan de BS, foto’s en knipsels (klikken voor vergroting).
Update.
Ook het Bevrijdingsjournaal benadrukte op 6 mei 2020 nog eens dat de geallieerden de Binnenlandse Strijdkrachten expliciet hadden verboden dat ze geen Duitsers mochten ontwapenen en ook niet om gewapend de straat op te gaan. Hadden ze zich maar aan de instructies gehouden. Veel leed zou dan bespaard zijn gebleven.
Zie ook: Over het legertje van prins Bernhard